De rechter oordeelde namelijk dat twee zorgverleners te ver waren gegaan bij een ‘grapje’ met Truus*, een demente vrouw.
Wat speelde er?
Twee medewerkster, van 26 en 59 jaar oud, Stefanie en Irma, waren werkzaam als zorgverlener op een gesloten afdeling voor ouderen met dementie. Zij waren verantwoordelijk voor het aanbieden van activiteiten en maaltijden voor de dementerende ouderen. Op oudejaarsdag hoorden drie collega’s zó hard gelach uit een kamer komen dat zij zich afvroegen wat daar gebeurde. Toen ze binnenkwamen en vroegen wat er aan de hand was lieten Stefanie en Irma lachend een filmpje zien, waarop een lijntje poedersuiker te zien was, wat precies leek op een lijntje cocaïne. In het filmpje moedigden ze de dementerende Truus aan om met een rietje de poedersuiker op te snuiven. Ze riepen: “Ja doe maar!” en “Doe het rietje maar in je neus!”. Het filmpje werd in het bijzijn van Truus vertoond en de collega’s zagen dat zij aangeslagen reageerde en verdrietig was. Ze schaamde zich overduidelijk en voelde zich uitgelachen. De collega’s hadden medelijden met de vrouw en vertelden hun leidinggevende Jacqueline over het voorval.
Ontslag
Jacqueline hoeft niet lang na te denken; zij ontsloeg Stefanie en Irma op staande voet! Irma was het hier echter niet mee eens en stapte naar de rechter. Zij verzocht de rechtbank primair het ontslag op staande voet te vernietigen en subsidiair om toekenning van een aantal vergoedingen, waaronder een billijke vergoeding, voor een totaal bedrag van € 38.000,-. Irma voerde aan dat het een grap was die zij hadden uitgehaald met Truus en dat de grap niet ernstig genoeg was om als reden voor ontslag op staande voet te gelden. Zij vond dat er geen sprake was van een ernstig vergrijp. Ook stelde ze dat ze geen kwade intenties had en ze nooit eerder klachten heeft gehad omtrent haar functioneren.
Oordeel rechter
De rechter oordeelde anders en vond dat de gedragingen van Irma wel degelijk ernstig genoeg waren voor een ontslag op staande voet. Volgens de rechter was het van doorslaggevend belang dat Irma en Stefanie werkzaam waren met een groep ouderen, die zeer kwetsbaar zijn en volledig afhankelijk van het zorgpersoneel. De rechter overweegt in de uitspraak dat het de kerntaak is van de zorgverleners op de gesloten afdeling om een veilige leefomgeving te creëren voor de bewoners. Er moet op vertrouwd kunnen worden dat de zorgverleners niets doen, of nalaten dat deze veilige leefomgeving kan aantasten. De rechter oordeelt in deze zaak dat Irma en Stefanie hierin ernstig tekort zijn geschoten en dat het ontslag dan ook terecht is.
Een gevalletje van boontje komt om zijn loontje. De vrouwen hadden de poedersuiker beter op een oliebol kunnen doen...
Uitspraak: ECLI:NL:RBNHO:2021:10068
*Alle namen in deze blog zijn fictief.
Meer weten? Neem contact met ons op door te bellen naar 078-6134533 of via jhs@silfhoutam.nl.